Henkjan en ik stijgen op na een duik op het koraalrif bij Bonaire en net als ik op de felwitte zandvlakte ga denken dat het fijn zou zijn om een zonnebril voor mijn duikbril te zetten, verduistert er daadwerkelijk iets mijn blikveld. Een donker gevaarte doemt op in het water tussen ons en de kust.

Ik moet mijn duikautomaat stevig tussen mijn tanden klemmen want mijn mond valt open. Een muur van vis komt op ons af. De vorm fluctueert, sommige delen schieten naar links, andere naar rechts of naar binnen, waar het pikdonker is. Als ik me omdraai zit de muur naast me, de vissen zwemmen met me mee. Dan zie ik van de andere kant ook de visjes komen. Ze botsen niet op elkaar maar ritsen netjes. De muur sluit zich. We zitten middenin het gat van een levende donut. 

Baitball sluit zich
De muur van vis sluit zich.

Geluidloos ballet

Er komen flarden uit die een sluier vormen, hier ontstaat een deuk, daar een uitstulping die leeg lijkt te stromen. Soms traag, dan snel, dan een schichtig flitsen. Een geluidloos ballet.

Toch is het geen organisme met een eigen regisseur die de choreografie bepaalt. Als ik op individuele visjes let, lijkt het soms alsof ze allemaal graag naar binnen zwemmen, naar het donker. Dat kan kloppen want dit zijn Bigeye scads of Marsbankers (Selar crumenophthalmus, een horsmakreelachtige) die leven in scholen ter verdediging tegen roofdieren. Dit is een ‘baitball’ en aan de buitenkant ben je het meest kwetsbaar als prooi.

Muur van vis closeup
Bigeye scads of Marsbankers (Selar crumenophtalmus).

Eat this, barracuda!

‘Safety in numbers’: als je met zovelen bent is het voor het individuele visje het veiligst om deel uit te maken van een grote school. De kans dat een roofvis precies jou pakt is kleiner dan als je in je eentje zwemt. Je zou kunnen zeggen dat ze hiermee het Calimero-effect teniet doen: ‘want zij zijn groot en ik is klein’ – nou, nu niet meer. “Eat this, barracuda!” Hun zilverachtige schubben flikkeren in het licht, waardoor een roofvis gedesoriënteerd raakt. Alle vissen hebben een extra zintuig, de zijlijn, waarmee ze beweging in de waterkolom kunnen detecteren. Als ze worden aangevallen, splitsen ze zich en komen ze aan de andere kant van de vijand weer samen tot een geheel. Net zoals ze dat bij ons doen. 

De beweging ontstaat doordat alle visjes dicht bij elkaar willen blijven, dezelfde kant op willen zwemmen en niet willen botsen. Het is collectief gedrag. Maar als ze allemaal naar het midden willen, zou je een continue beweging naar het midden verwachten en niet zo’n ogenschijnlijke wirwar van stromen visjes. Is er één grote roerganger die de leiding heeft en besluit in een bepaalde richting te zwemmen, of zijn het er meer? En hebben ze wel eens ruzie? Besluit de meerderheid of zijn er verschillende kampen? 

Roerganger

Onderzoeker Iain Couzin doet al jaren onderzoek naar sociaal gedrag van vissen in scholen (las ik in Bionieuws van 1 juni 2019). In zijn laboratorium kan hij individuele visjes nauwkeurig volgen en met behulp van de computer situaties nabootsen. Hij ziet inderdaad dat zijn visjes (een karperachtig aquariumvisje) het liefst in het donker zijn en daar langzamer bewegen dan in het licht. Maar dat is niet het hele verhaal. 

Couzin ontdekte dat er vissen zijn die meer informatie hebben dan andere en dat deze vissen het groepsgedrag beïnvloeden (Science 16 dec 2011). Van deze leiders kunnen er meerdere zijn in een school. Als de meerderheid dezelfde informatie heeft bepaalt die de richting. Dat klinkt mij logisch in de oren, maar ik leef in een door mensen bedachte democratie. Grappig dat dit ook zo werkt in een ander deel van de dierenwereld. 

Meezwemmen

Wat gebeurt er nu als de leiders tegenstrijdige informatie hebben? Dan bepaalt het toeval de richting van de school, alleen kan dat voor verwarring en vertraging zorgen. Dat moet je niet hebben als er roofvissen op de loer liggen. Tijdens zijn experimenten merkte Couzin iets opvallends. Op het moment dat hij meer ongeïnformeerde of onverschillige visjes aan de school toevoegt, krijgt de meerderheid de leiding en wordt er sneller besloten. Het is dus niet zo dat vissen die minder weten of die het niets kan schelen de boel vertragen, manipuleren of zich zelfs tegen de meerderheid keren. De meelopers, of eigenlijk meezwemmers, zijn juist het smeermiddel voor besluitvorming.

Hè, dat geeft de genuanceerde burger moed. Heb je ook wel eens moeite om je een mening te vormen over een bepaald onderwerp? Als ik er al eens iets over gelezen of gehoord heb, en ik vind het belangrijk of interessant, dan probeer ik er meer over te weten te komen. Daarbij probeer ik wel de juiste ‘welingelichte’ bronnen te raadplegen, al blijf ik dan misschien een beetje in mijn eigen bubbel. Meer kennis maakt het niet per se makkelijker om te bepalen of ik het ergens mee eens ben of niet. Nuance is gezond maar het zorgt ook voor gezonde twijfel. Op het moment dat snel beslissen geboden is, volg ik meer mijn gevoel, wat misschien in de buurt komt van instinct.

En wat doe je als je ergens helemaal niets van af weet? Of als het je gewoon geen bal interesseert? Dan kun je je bij de (hopelijk) goedgeïnformeerde meerderheid aansluiten. Als meeloper help je daarmee de democratie een stapje verder, want besluiten worden dan sneller genomen, dat laten de meezwemmende visjes van Couzin zien.

Duiker wordt omringd door grote school vis
Sluiers van vis trekken op.

Als de laatste sluiers om ons zijn opgetrokken en opgaan in de bal die verder rolt langs het rif kijk ik de schaduw na. Wij laten ze met rust, of zij ons. Wat bij mij blijft is het gevoel van blijdschap, verbazing en ontzag. Dit is ‘gewoon’ de natuur. Wat geweldig om even mee te mogen zwemmen.

PS: We hebben hele gave filmbeelden, zodra het filmpje af is komt hier de link.