Oh die puffins, wat gaaf om ze te zien! Het is een van de hoogtepunten van onze reis door Schotland. En niet alleen de puffins (in het Nederlands papegaaiduikers), maar de hele Handa-island-ervaring.
Op 29 april 2023 rijden we zo’n heerlijke kleine Schotse kronkelweg af naar het miniplaatsje Tarbet. Vandaar vertrekt de veerdienst naar Handa Island. Handa Island is een van de plekken waar puffins komen nestelen. We hadden even gebeld want het is nogal vroeg in het seizoen. Ja hoor, de rangers van de Scottish Wildlife Trust die op het eiland verblijven hadden al zo’n 30 puffins gespot. Da’s nog niet zoveel, normaal gesproken broeden er wel 130 paartjes papegaaiduikers en komen er wel 600 langs in de zomer. Het blijft een gok of wij ze dus zullen zien.
Aan de haven ligt een rib, zo’n snelle rubberboot. Dat wordt een pittig tochtje, denk ik nog. Gelukkig heb ik al een zeeziektepil genomen, want je weet maar nooit. Blijkt dat het eiland in de baai ligt op een kwartiertje varen. Nou ja, ik heb dus heel relaxed op het eiland rondgelopen.


De aankomst op Handa Island doet me denken aan de Cariben. Blauwe zee, witte stranden, idyllisch. Alleen de temperatuur van het water doet niet mee, zegt de vrouw die met blote benen het water inloopt om de rib aan de kant te trekken.
1 miljard jaar
Ons groepje krijgt in het bezoekerscentrumpje uitleg over het eiland. Er is één wandelpad van 6,25 kilometer rond het eiland. Op de hoogste kliffen van 116 meter zitten de meeste broedvogels. Handa Island is 1 miljard jaar oud en bestaat uit zandsteen. Het is ooit langs een breuklijn in de aardkorst gekanteld, waardoor aan de westkant van het eiland verticale kliffen ontstonden met handige richels voor vogels om op te nestelen. Oostwaarts lopen de hellingen schuin af naar de baai. De Schotse kust aan de overkant van die baai is nog ouder, wel 3 miljard jaar, en totaal anders van samenstelling. De rotsen daar zijn zo hard op elkaar gedrukt door aardkrachten, dat ze keihard en glad zijn. Geen ideale plek voor vogelvinexwijk, vandaar dat ze liever neerstrijken op dit idyllische eilandje.
Supersnavel


We maken de prachtige wandeling naar de hoge kliffen. Henkjan heeft op de Shetlands al eens puffins van dichtbij gezien en weet dat ze graag op de top van een klif tussen de graspollen nestelen. Een keer raden wie de eerste puffin ziet, op een rots die tegenover ons in zee uitsteekt. Iedereen blij. “Waar? Waar? Wow!” Nou, tijd voor de lunch.
We zakken neer op het gras. Dat natuurlijk ook bovenop een klif ligt. Henkjan de hoogtevreesontkenner tuurt over de rand en ja hoor: vlakbij zit een papegaaiduiker, met nestmateriaal in zijn snavel! Op zijn buik liggend maakt Henkjan met de enorme toeter op zijn camera deze prachtige foto’s.




Puffins zijn alken die een groot deel van hun leven op zee doorbrengen. Alleen om te broeden komen ze aan land. Ze duiken in zee voor kleine visjes en algen. Ze vallen vooral op door hun kleurrijke snavel, maar de gekleurde delen vallen eraf na het broedseizoen. Die snavel is nog op een andere manier apart: hij kan zo scharnieren dat de vogel wel tot 12 visjes tegelijk kan vasthouden. Een keer boodschappen doen in zee zorgt dus voor een voedzame maaltijd voor het jong.
Tetterende torenflats
Er zijn maar een paar puffins te ontdekken op de kliffen. De meeuwen, zeekoeten en alken zijn verreweg in de meerderheid. Het geheugenschijfje van de camera is nog lang niet vol, maar we rukken ons los voor de rest van de wandeling. Je komt ogen tekort, te land, in de lucht maar ook ter zee, want in de Atlantische oceaan kunnen elk moment walvissen en dolfijnen langstrekken. Die hebben we helaas niet gezien. We komen langs prachtige kloven, zien en horen torenflats vol tetterende vogels, en genieten van fenomenaal uitzicht op de Schotse kust.





Telkens als zich op het strand weer een toefje mensen vormt, komt de schipper met haar rib ze ophalen. Wij zitten bij de laatste club, de Rangers hebben geteld, er is niemand meer achtergebleven. Gelukkig zijn onze herinneringen wel achtergebleven op onze geheugenschijf.