Dieren die miljoenen jaren geleden zijn uitgestorven, zijn dichterbij dan je denkt op deze vijf plekken met fossiele resten. 

Dit artikel schreef ik voor de website van KIJK Magazine. KIJK logo

Dat een dier is uitgestorven, betekent niet dat het helemaal verdwenen is. Wie in Nederland een wandeling maakt, loopt soms op plekken waar miljoenen jaren geleden mammoeten rondstampten, witte haaien zwommen of meterslange hagedissen kropen. Op deze vijf mooie plekken met fossielen graaf je steeds dieper in het verleden.

1) Mammoeten op de Maasvlakte 

Mammoetkies op Maasvlakte strand
Mammoetkies op de Maasvlakte (Foto: Astrid Kromhout)

Wanneer je uitwaait op het strand van de Maasvlakte kan het gebeuren dat je struikelt over een mammoetkies die uit het zand steekt. Het zand van dit nieuwe strand is opgespoten van de bodem van de Noordzee en zit vol met overblijfselen van de dieren die daar ooit rondliepen. De Noordzee was er een miljoen jaar geleden nog niet omdat de zeespiegel destijds een stuk lager lag dan nu. Toen – in het Pleistoceen dat duurde van 2,5 miljoen tot 10.000 jaar geleden – groeiden er bomen en struiken langs de oevers van rivieren. Hier graasden mammoeten, neushoorns en wisenten, tot Engeland aan toe.

Over een mammoetkies struikelen kan (lees dit maar), maar je zou wel mazzel hebben, want de meeste fossiele botten en tanden zijn veel kleiner. Stukken van onder meer uitgestorven neushoorns, zwijnen, bevers, haaien, reuzenherten en ook fossiele hyenakeutels spoelen aan. In het begin gooi je honderden stukken vermolmd hout weg voordat je een keer een echt fossiel te pakken hebt, maar oefening baart kunst. Een cursus fossielen herkennen kan je op weg helpen en dan moet het gek gaan wil je niet met een stukje mammoet of neushoorn naar huis gaan. Hetzelfde verhaal geldt trouwens voor het strand van de Zandmotor bij Den Haag.

2) Haaien bij Cadzand 

Fossiele haaientanden op het strand
Haaientanden op het strand bij Cadzand (Bron: paleontica.org)

Ver voordat de mammoeten hier met hun slurven zwaaiden, was er in Nederland nauwelijks grond om op rond te stampen. Zo’n 23 tot 33 miljoen jaar geleden, in het Oligoceen, lag ons land grotendeels onder een diepe zee vol met krabben, inktvissen, roggen en haaien. Op het Zeeuwse strand van Cadzand liggen de glanzende haaientanden met scherpe kartels bijna voor het oprapen. 

Haaien hebben een zogenaamd revolvergebit, waarbij elke paar weken een tand uitvalt en een nieuwe tand op die lege plek schuift. Fossiele tanden zijn ook de enige resten die van deze vissen bewaard blijven, omdat de rest van het haaienskelet uit zacht kraakbeen bestaat dat vergaat. 

Op het strand van Cadzand ligt een breed assortiment haaientanden. De grootste exemplaren, soms wel 15 centimeter lang, zijn van de Megalodon ofwel ‘groottand’ (Megaselachus megalodon), de grootste roofvis die ooit in onze omgeving leefde. Iets kleiner, tot 7 centimeter, zijn die van de circa 30 miljoen jaar oude reuzenmakreelhaai (Cosmopolitodus hastalis). Beide soorten zijn verwant aan de huidige witte haai. Daarnaast zijn tanden van roggen en resten van kreeftjes te vinden. 

3) Maashagedis bij Maastricht 

Mosasaurus
Reconstructie van Mosasaurus (Maashagedis) in Natuurhistorisch Museum Maastricht (foto Astrid Kromhout)

Vlakbij het centrum van Maastricht bevindt zich een immense krater waarin je kunt afdalen tot aan de tijd dat er nog dinosauriërs op aarde leefden. In de ENCI-groeve, een kalksteenmijn in de Sint-Pietersberg, groeven onderzoekers resten op van het beroemdste Nederlandse zeereptiel, de Maashagedis of mosasaurus. Dit was een ruim 10 meter lange zwemmende roofhagedis met een bek vol indrukwekkende tanden.

Skeletten van diverse exemplaren van deze spectaculaire nieuwe soort zijn te zien in het Natuurhistorisch museum Maastricht, waaronder dat van Lars die in 2015 in de ENCI-groeve is gevonden. Ook haaientanden en stukjes schild van zeeschildpadden komen uit de groeve vandaan. Al deze dieren zwommen rond in de tropische zee die in het Krijt, 66 miljoen jaar geleden, over Limburg heen golfde. 

De ENCI-groeve is nu gesloten en sinds een paar jaar eigendom van Natuurmonumenten. De levende natuur krijgt er de ruimte en de meeste kalksteenwanden zijn niet voor publiek toegankelijk. Maar als je de 215 treden hoge trap afdaalt en tijdens je wandeling door de indrukwekkende groeve je ogen de kost geeft, kun je toch rondslingerende fossielen vinden zoals de resten van een belemniet, een inktvisachtige. 

4) Reptielen bij Winterswijk 

Nothosaurus
Nothosaurus (Bron: Nobu Tamura via Wikimedia)

In het bosrijke Nationaal Landschap Winterswijk ligt een steengroeve waar je moet zijn voor sporen van de natuur tot wel 240 miljoen jaar geleden. Nederland had tijdens deze periode, het Trias, een woestijnklimaat; het was hier voornamelijk heet en droog. Zo nu en dan rukte de zee op om zich dan weer terug te trekken. In de modder die achterbleef, kun je in de groeve voetsporen zien van een Nothosaurus, een reptiel dat zowel in het water als op land leefde.

Amateurgeologen vinden ook veel fossiele resten van schelpen, kwallen en vissen. Graven mag alleen als je lid bent van de landelijke Nederlandse Geologische Vereniging (NGV), dus een versteend souvenir kun je hiervandaan niet meenemen. Maar geef je ogen de kost tijdens een rondleiding door experts en wie weet wijs jij ze op nog onontdekte sporen van uitgestorven leven.

5) Koralen in Drente 

Zwerfstenen op het Balloerveld
Zwerfstenen op het Balloërveld (Bron: Stenenzoeken.nl)

De oudste fossiele levensvormen die je in ons land tegenkomt, zijn koralen van zo’n 440 miljoen jaar geleden. In die tijd, het Siluur, was het gebied dat nu Scandinavië is, bedekt door een tropische zee met uitgebreide koraalriffen. Wetenschappers nemen aan dat die riffen zich tot onze omgeving uitstrekten, maar ze weten dat niet zeker omdat de grondlagen uit die tijd hier kilometers diep liggen. Toch kun je in Noord-Nederland fossiele koralen vinden – en wel in zwerfstenen. Die stenen zijn door enorme pakken landijs uit Scandinavië naar ons land getransporteerd. Ze zijn hier achtergebleven toen het ijs zich zo’n 150.000 jaar geleden weer terugtrok.

Het is niet makkelijk om zomaar zwerfstenen tegen te komen omdat de meest veelbelovende plekken – boerenakkers en zandafgravingen – niet toegankelijk zijn voor het publiek. Maar het kan wel: er is een bijzondere plek waar zwerfstenen met fossiele zeedieren liggen en dat is de zandverstuiving het Balloërveld bij Rolde in Drente. Vind je zo’n steen, dan heb je een overblijfsel van leven van ruim 400 miljoen jaar geleden in handen. 

Bronnen: Geologie van NederlandFuturelandDe ZandmotorCadzandGea-GeologieNatuurmonumentenNatuurhistorisch Museum Maastricht100procentWinterswijkKijkeensomlaagStenenzoeken