Paleontologen uit rijkere landen domineren de onderzoeksdatabase met publicaties over fossielen die regelmatig uit minder welvarende landen komen. Niet alleen de verhoudingen in de data zijn scheef, ook die tussen wetenschappers in het Westen en de rest van de wereld. Dit blijkt uit onderzoek, gepubliceerd in Nature Ecology & Evolution.

Paleontologen beseffen maar al te goed dat de onderzoeksgegevens over fossielen niet evenwichtig zijn verdeeld over de wereld. De toegankelijkheid van grondlagen, de omstandigheden waaronder dieren stierven, de invloed van tijd en klimaat op hun resten – dit alles zorgt ervoor dat de database geenszins compleet en in balans is. Maar er is nog een andere, onvermoede oorzaak voor een scheve verhouding in het bestand met fossielen: een economische. 

Rijke landen hebben beter onderwijs en meer fondsen

Maar liefst 97% van de gegevens in de Paleobiology Database, gepubliceerd tussen 1990 en 2020, komt van paleontologen uit landen zoals Noord-Amerika, West-Europa en China. Landen met bovengemiddeld tot hoge inkomens en een goede staat van onderwijs, waardoor daar ook meer fondsen beschikbaar zijn om onderzoek te kunnen doen. Dit concludeert een team van onderzoekers in Nature Ecology & Evolution van 31 december 2021. Zij hielden een kleine 30.000 publicaties uit die database tegen het licht.

Europese onderzoekers publiceren vooral over buitenland

Meer dan een derde van de fossiele gegevens zijn afkomstig van Amerikaanse auteurs. Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk dragen elk gemiddeld 10% bij aan de database (hier zie je de top 10). De Amerikanen publiceren net zoveel over fossielen uit eigen land als over vondsten daarbuiten. In de Europese landen is het aandeel van het buitenland disproportioneel, waarbij oude koloniale verbanden worden blootgelegd. Zo publiceren Duitse paleontologen voor 17% over fossielen uit Tanzania. Dit noemen de onderzoekers ‘wetenschappelijk kolonialisme’: het centrum van onderzoek aan een bepaald land, bijvoorbeeld Tanzania, ligt buiten dat land zelf. 

Parachute wetenschap

Parachute wetenschap

Maar werken die paleontologen dan in ieder geval wel samen met de wetenschappers in het buitenland? Meestal niet, zo blijkt uit het onderzoek. Vaak zijn er geen lokale wetenschappers als co-auteur en er zijn opmerkelijk weinig studies met een lokale eerste auteur. Dat heet ‘parachute wetenschap’: een (in dit geval Westerse) onderzoeker wordt ‘gedropt’ in een ander land om daar onderzoek uit te voeren en erover te publiceren. 

Dit verschijnsel is het grootst in de Dominicaanse Republiek en Myanmar. In die landen worden zeer gewilde fossielen in amber gevonden. Maar ook fossielen van gewervelden zijn populair; in landen als Marokko, Mongolië, China, Mexico en Brazilië vindt veel parachute onderzoek plaats. 

Mammoetskelet bestaand uit fossiele botten

Een steekproef in de database op ‘Mammuthus primigenius’ levert in Nederland slechts vier collecties op, waaronder die van Kor en Bot (bij Naturalis). Toch herbergt ons land de grootste verzameling mammoetbotten ter wereld, meestal gevonden in eigen land. Daar ligt de verhouding dus ook scheef, maar de reden daarvoor is onbekend, of het moet zijn dat er relatief weinig onderzoek aan die fossielen plaatsvindt.

Export van fossielen

Er is nog een extra risico: de kans dat de fossielen uit het land van herkomst worden weggehaald voor verder onderzoek is door ‘parachute’ wetenschap groter. De lokale gemeenschap kan er dan niet meer van profiteren, voor onderzoek en onderwijs en voor toerisme: ze kunnen ze niet in hun eigen land in een museum tentoonstellen. Dit is niet nieuw. Darwin bijvoorbeeld nam op zijn reis met de Beagle fossielen uit Zuid-Amerika mee naar Engeland. Daar werden ze onderzocht en kwamen ze in musea te liggen.

Daarnaast toont het onderzoek een scheve verhouding aan als het gaat om de taal. Niet-engelstalig onderzoek beslaat slechts 8% van de database en de vraag is of dat onderzoek in overzichtsstudies wel wordt meegenomen. 

Gezamenlijk fondsen werven

Paleontologische opgraving in fossielen vindplaats Somosaguas
Opgraving in fossielen vindplaats Somosoguas, Madrid, Spanje. (CC BY-SA 3.0)

De auteurs van de overzichtsstudie dragen een aantal mogelijke oplossingen aan. Ze pleiten voor een gelijkwaardige en duurzame samenwerking tussen de rijkere en armere landen. Dit maakt het mogelijk gezamenlijk fondsen te werven. Het is ook belangrijk dat de fossielencollecties in het land van herkomst goed toegankelijk zijn en zorgvuldig beheerd en beschermd worden. Dat is de basis voor goed onderwijs en onderzoek. Zo kunnen de fossielenrijke landen zelf van hun eigen ondergrond leren en profiteren. 

Voorlopig is de conclusie dat de Paleobiology Database niet alleen een ‘bias’ (afwijking) heeft in het soort fossielen dat wordt bestudeerd, in leeftijd en type grondlaag, maar ook in de wetenschappers die het onderzoek uitvoeren. Daar moeten paleontologen goed rekening mee houden als ze de database gebruiken. 

Beeld:

Bronnen: