Wim Drossaert, algemeen directeur van Dunea en voorzitter van de Stichting Nationaal Park Hollandse Duinen, is stellig in dit interview dat ik met hem had. “Als wij niet de erkenning van nationaal park krijgen, so be it.” Een gesprek over Nationaal Park 3.0 waarin er geen hekken om de natuur staan en de mens welkom is, onder voorwaarden. Het landelijk beleid lijkt juist een andere koers te kiezen. Over dit actuele thema vindt op 13 februari 2023 een debat plaats: hoe ziet de toekomst van Nationale Parken eruit? Ik ben erbij om verslag te doen.
“Als je in de zomer rond half zes ’s ochtends op een duin gaat staan en je ziet de zon opkomen, de mist hangt nog een beetje boven het duingebied, in de verte ligt de stad Den Haag, de eerste forens komt voorbij op de fiets, er springt net een ree weg, het is stil…” Je bent er meteen bij als Wim Drossaert vertelt waar hij persoonlijk het meest van geniet in Nationaal Park Hollandse Duinen. “Ik vind het heel prachtig om de duinen te zien ontwaken.”
Nationaal park Hollandse Duinen
Bij het ‘ontwaken’ van Nationaal Park Hollandse Duinen had Drossaert als directeur van de grootste grondeigenaar Dunea een cruciale rol. “Toen wij na een nationale campagne gekozen werden als mooiste natuurgebied, was dat de aanleiding voor de oprichting van stichting Nationaal Park Hollandse Duinen. Er is een werkorganisatie opgericht en we gingen partners zoeken. Georgette Leltz heeft daar met een team heel hard aan gewerkt en dat is steeds beter gaan lopen.”
“Ik vind die coalitie zo geweldig, zo krachtig. Daar ben ik superpositief over en trots op. Ik denk dat NPHD daar best uniek in is want wij zijn mensen en belangen gaan verbinden, wij delen dezelfde ambitie en creëren daarmee draagvlak. Dus ik zou bijna zeggen tegen de beleidsmakers: leer van ons en zie hoe het wel kan.”
Die beleidsmakers noemt Drossaert niet voor niets. Komend jaar wordt het jaar waarin de Tweede Kamer zich gaat buigen over een nieuw beleidsprogramma nationale parken. Dat baart Drossaert de nodige zorgen.